Het is negen uur ‘s ochtends op een zondag. De laatste paar vegen oranje en roze van de zonsopgang hangen nog in de lucht. Normaal gesproken zou ik nog in bed liggen. Maar vandaag sta ik bright and early samen met Nina op het vliegveld van Terceira. De Azoren zullen de aankomende 3 weken ons thuis zijn, en ik kan haast niet wachten.
Bem-vindo ao Terceira
Drie weken lang zijn we op Europa’s verborgen parel om met onze partners af te spreken, de eilanden te ontdekken en natuurlijk de mooiste reizen te ontwikkelen. En er is geen betere plek om te beginnen dan Terceira. Nadat we onze huurauto op hebben gehaald kan het avontuur beginnen. Over golvende wegen rijden we richting het zonnige Angra do Heroísmo. De hoofdstad vormt tijdens ons 4-daagse verblijf onze uitvalsbasis om het eiland te ontdekken.
Tijdens onze eerste twee dagen op het eiland rijden we langs loeiende koeien over kronkelende wegen en leren we Terceira kennen door de ogen van onze partners. Zo vertelt een enthousiaste José, de eigenaar van het Boutique Hostel waar we verblijven, ons over zijn favoriete restaurants. Laat Alberto ons de ruige kustlijnen in het zuiden zien en mogen we met Luis mee om zijn kalveren te voeren. Een betere kennismaking met het eiland kunnen we ons niet wensen.
Hét roadtrip eiland
Wanneer de locals je aanraden om “vooral te verdwalen”, dan weet je dat je een mooie tijd gaat beleven. Google maps draaide dan ook overuren om ons op de uitgestippelde routes te houden. Tevergeefs, want waarom zou je rechtdoor rijden als er links van je lonkende paden liggen die je door de mooiste bossen leiden. Zo kun je bijvoorbeeld in 18 minuten van Angra do Heroísmo naar Biscoitos, de badplaats aan de andere kant van het eiland rijden. Wij deden daar echter 2 uur over.
Het begon al toen we vanaf een Miradouro (uitkijkpunt) het charmante Terra Chã zagen liggen. Totaal niet op de route maar wat waren we blij dat we door het kleine dorpje heen zijn gereden. De piepkleine gekleurde huisjes en de nog kleinere kerkjes omlijsten de steile wegen aan weerskanten. We moesten op de remmen omdat er ineens een kudde koeien de hoek om kwam. De lokale boeren leidden de grote stieren en de bonte koeien met hun kalveren met gemak om onze auto heen en we konden weer op weg.
Aan de horizon zagen we de kust al liggen maar links van ons lagen sprookjesachtige bossen waar we op verborgen lagoas stuitten. En even verderop maakten we ook een stop voor een snelle lunch in een met schaduwen bedekte binnentuin van een 18e eeuwse boerderij. Onze eindbestemming, Biscoitos was de rit meer dan waard. Maar het allerleukst waren toch wel de vele tussenstops die we tijdens onze roadtrip hadden gemaakt.
Op naar het ruige Sao Jorge
Terceira is een zonnig paradijs en ik had er met gemak nog weken kunnen doorbrengen. Maar we hebben een reisschema en de ruige wildernis van Sao Jorge ligt op ons te wachten. Met ongeveer 50 man laden we onszelf in een propellervliegtuig en werpen we een laatste blik op Terceira. Na nog geen half uur vliegen breken we door de wolken heen en worden we begroet door de puntige kliffen en met groen beklede bergen van Sao Jorge.
Het eiland kent geen massatoerisme en dat zie je terug in de ruige natuur die hier volop groeit en bloeit. Er is maar 1 grote weg op het eiland te vinden en de kleinere wegen die hier vanaf splitsen lijken eerder plaats te maken voor de natuur dan andersom. De afwisselende landschappen en de charmante dorpjes langs de kustlijn maken het plaatje compleet. Waar het eiland ruig en hard is, zijn de locals dat zeker niet. We worden warm ontvangen door Felipe. Hij is een geboren en getogen Sao Jorge’er en laat ons met alle liefde zijn wijngaarden en de farm bungalow waar we de eerste 2 nachten zullen verblijven zien.
Veel tijd om bij te komen van onze eerste impressies hebben we niet. Felipe tuurt de lucht in en grijnst. De zon straalt en de top van de Pico da Esperança is voor het eerst in 5 dagen weer zichtbaar. Op zijn aanraden rijden we over steile zandwegen naar de top. Eenmaal daar kijken we onze ogen uit. Zittend in het zachte gras kijken we uit over de oceaan en zien we de 4 omliggende eilanden aan de horizon.
Dwalen op de Fajãs
De locals op het eiland kennen een gezegde: ‘Wie de Fajãs niet kent heeft Sao Jorge niet bezocht’. Een trip naar deze puntige landtongen mocht dan ook zeker niet ontbreken tijdens ons bezoek. We hebben het voor het kiezen want het eiland heeft meer dan 70 Fajãs! De meningen zijn verdeeld over welke het mooist is, maar over 1 ding is iedereen het wel eens. De beste manier om de Fajãs te ontdekken is tijdens een hike. We hebben onze zinnen gezet op een hike van 10 kilometer vanaf de hoogtes van Serra do Topo tot helemaal beneden aan de kust waar Fajã do Santo Cristo en Fajã dos Cubres op ons liggen te wachten.
Onze kuiten draaien overuren terwijl we langs steile rotsformaties en kronkelende paden richting de kust afdalen. We komen de mooiste vergezichten tegen. Maar het hoogtepunt is misschien wel de waterval die we halverwege de wandeling tegenkomen. Gillend van de kou en met veel gelach spetteren we rond in het water. Flink wat stappen later leidt het pad ons om de hoek en worden we begroet door de twee Fajãs. Op Fajã dos Cubres nemen we plaats op een muurtje en nemen we het dagelijks leven op de vruchtbare landtong in ons op. Boeren drijven hun kuddes bijeen op quads, locals surfen er naar hartenlust en wij genieten van de zon op onze schouders.
Morgen reizen we verder naar het vulkaaneiland Pico. Maar eerst genieten we nog even van de ondergaande zon terwijl we richting Velas rijden voor ons avondmaal. De rode daken van de havenstad vormen een sterk contrast met de blauwe oceaan die tegen de kustlijn beukt. Op aanraden van Victor, de oudste surfer van het eiland en onze gastheer tijdens onze laatste twee nachten, nemen we plaats bij zijn favoriet: Restaurante Sao Jorge. We laten ons dan ook graag door Victor inspireren en bestellen de verse kabeljauw en de octopus die worden bereid op traditionele wijze. Met een passende wijn erbij proosten we op Sao Jorge en de eilanden die we nog gaan ontdekken.
Onze reis gaat verder. Richting de Pico vulkaan die overal bovenuit torent en de kilometers aan wijngaarden waar de lekkerste Azoriaanse wijnen worden gemaakt. Vlakbij ligt Faial en haar kleurrijke haven en natuurlijk mogen de natuurlijke schatten van Sao Miguel ook niet ontbreken. Wil je onze avonturen verder lezen? Bekijk hier dan deel 2 van ons azoren reisverslag.
Wil jij net als wij eilandhoppen tijdens je Azoren vakantie en de eilanden ontdekken? Neem dan contact op met onze reisadviseurs. Zij helpen je graag met het samenstellen van jouw droomreis.
